
Vocaal en instrumentaal vuurwerk in verschillende programma’s illustreren de pronkzucht van de virtuositeit. B’Rock (met mezzo-sopraan Mary-Ellen Nesi en violist Dmitry Sinkovsky), violiste Cecilia Bernardini en pianiste Natacha Kudritskaya wagen zich aan halsbrekend repertoire. Ensemble Correspondances brengt een muzikaal in memoriam aan Louis XIV, de ijdelste vorst aller tijden, die 300 jaar geleden overleed.
Enkele muzikale tradities hebben de mens altijd bijgestaan in zijn worsteling met de vergankelijkheid. De muzikale dodenmis spant de kroon en komt aan bod in programma’s van vocale ensembles Stile Antico en Cappella Amsterdam. Aton’&Armide – het collectief rond Benjamin Glorieux – maakt een avontuurlijke herinterpratie van de intense ritus van de tenebrae en koppelt daarbij de sprankelende stem van sopraan Lore Binon aan de authentieke klank van een groep Brugse kloosterzusters.
Naast de prestigieuze concertreeks keren ook andere vaste waarden van het MAfestival terug. De concertdag in Lissewege staat, samen met drie andere concerten, in het teken van de fascinerende iconografie van de danse macabre. De gerenomeerde Internationale Wedstrijd Musica Antiqua 2015 focust op het klavecimbel. Er is een expo voor historische instrumenten en een Fringereeks die een podium biedt aan jong aanstormend talent. Vélo Baroque, de afsluiter van het MAfestival, trekt in 2015 richting de polderdorpjes Zuienkerke en Meetkerke.
MAfestival 2015 exploreert diverse muzikale uitingen van vanitas – in alle betekenissen van het woord. Hoe ijdel is virtuositeit? Dat is slechts één van de vragen waarop MAfestival een antwoord probeert te bieden. Muziek heeft de mens ook altijd bijgestaan in zijn worsteling met de dood. Daarvan getuigen enkele muzikale tradities die aan bod komen in deze festivaleditie. Vanzelfsprekend spant de dodenmis de kroon. Ook de tenebrae-traditie uit de Goede Week krijgt een plek in het programma. Christus’ lijdensverhaal komt ook aan bod als een van de episodes uit Bibers programmatische Rosenkranzsonaten.
Omnia Vanitas
Door de eeuwen heen hebben componisten het besef van hun eigen sterfelijkheid en die van hun naasten ontelbare keren verklankt. Sheppards monumentale motet Media Vita verwoordt dit als volgt: ‘Midden in het leven zijn we in de dood.’ Froberger op zijn beurt opende een van zijn klaviersuites met een Méditation sur ma mort future. Zijn Tombeau pour la mort de Monsieur Blancrocher schreef hij dan weer nadat hij de betreurde luitist met eigen ogen van de trap had zien vallen, de dood tegemoet. Vanuit dat sterfelijkheidsbesef heeft de mensheid zich steeds gewapend tegen de dood (of de angst daarvoor). Van de middeleeuwen tot de barok bracht het geloof soelaas in de vorm van het beloofde hiernamaals. De Verlichting nam haar toevlucht tot een objectieve wereld van orde en evenwicht. En in de romantiek kwam de liefde op de proppen als ultieme uitdager van de dood. Er wordt geïllustreerd hoe deze filosofische evolutie doorklinkt in de muziek van Beethoven, Mendelssohn en Schumann.
Bovendien confronteren meerdere concerten uit het festivalprogramma de twee zijden van de vanitasmedaille expliciet met elkaar. Il Trionfo del Tempo e del Disinganno verklankt een allegorisch duel tussen ijdelheid en vergankelijkheid. MAfestival 2015 opent met dit eerste oratorium van Händel. Carissimi’s vroege oratorium Vanitas Vanitatumechoot (net als Sweelincks gelijknamige canon) de waarschuwing uit het Bijbelboek Prediker: jaag geen materiële goederen of wereldse ambities na, want alles is vluchtig en zelfs keizers vergaan tot stof.
Dat iedereen gelijk is in de dood, wordt aanschouwelijk gemaakt in de iconografische traditie van de danse macabre. Groteske geraamten nemen pausen en priesters, keizers en koningen, edellieden en eenvoudige stervelingen bij de hand voor een ultieme reidans. MAfestival 2015 wijdt zes concerten aan de dodendans; zes verschillende lezingen van een groteske traditie waarin de natuurlijke orde op zijn kop staat en niets is wat het lijkt.
Tot slot brengt MAfestival ook een muzikaal in memoriam aan Louis XIV, de ijdelste vorst aller tijden, die 300 jaar geleden overleed. Zijn hof was een baken van grandeur; Versailles het theatrale decor van zijn zorgvuldig geconstrueerde imago. Beelden en teksten, architectuur en schilderkunst, muziek en dans: stuk voor stuk werden de kunsten ingeschakeld ter meerdere eer en glorie van de Roi Soleil.
Een programma in het teken van vanitashoeft geen morbide catalogus van doodsmuziek te zijn. Als deze editie van het MAfestival één ding bewijst, is het wel hoeveel ontroerende, troostende, uitbundige en zelfs komische muziek de vanitastraditie heeft opgeleverd. Al die aspecten wil MAfestival het publiek ontdekken, verenigd in de liefde voor de vluchtigste der kunsten: de muziek.
Ijdelheid
In de zoektocht naar muzikale ijdelheid rijst de vraag: hoe pronkzuchtig is virtuositeit? Dat vocaal en instrumentaal vuurwerk niet gratuit hoeft te zijn, bewijst B’Rock in een programma met geestelijk repertoire van Vivaldi. Béatrice Martin verdiept zich in de even rijkelijk als subtiel geornamenteerde klavecimbelkunst van Chambonnières, Couperin en andere klaviercomponisten in dienst van Louis XIV. En zowel violiste Cecilia Bernardini als organist Andrea Marcon wagen zich aan het halsbrekende kunst-en-vliegwerk van Biber en andere vertegenwoordigers van de stylus fantasticus. MAfestival brengt ook een muzikaal in memoriam aan Louis XIV, de ijdelste vorst aller tijden, die 300 jaar geleden overleed. Zijn hof was een baken van grandeur; Versailles het theatrale decor van zijn zorgvuldig geconstrueerde imago. Beelden en teksten, architectuur en schilderkunst, muziek en dans: stuk voor stuk werden de kunsten ingeschakeld ter eer en glorie van de Roi Soleil.Ensemble Correspondances presenteert een concertante selectie uit het Ballet Royal de la Nuit, een extravagant spektakel waarmee Mazarin de vijftienjarige Louis XIV op het politieke en artistieke schouwtoneel lanceerde. In het programma van Béatrice Martin komen werken aan bod van diverse klaviercomponisten die verbonden waren aan het Franse hof. En Les Timbres vertolkt de mooiste wereldlijke en geestelijke composities die Couperin schreef in de laatste levensjaren van de Zonnekoning.
Vergankelijkheid
Muziek heeft de mens altijd bijgestaan in zijn worsteling met de vergankelijkheid. Daarvan getuigen enkele muzikale tradities die aan bod komen in deze festivaleditie. Vanzelfsprekend spant de muzikale dodenmis de kroon. Stile Antico verweeft het gregoriaanse requiem met een polyfoon programma in het teken van de vergankelijkheid. En Cappella Amsterdam zoomt in op het Dies Irae, de ontzagwekkende sequentia d
ie door Brumel voor het eerst werd opgenomen in een polyfone dodenmis.
Ook de tenebrae-traditie uit de Goede Week krijgt een plek in het programma. Terwijl Les Timbres ons onderdompelt in de adembenemende Leçons de ténèbres van François Couperin, geeft Aton’&Armide zijn persoonlijke kijk op dit duisternisritueel, met Delalandes Miserere als bezwerend middelpunt. Christus’ lijdensverhaal is een van de episodes die aan bod komen in Bibers programmatische Rosenkranzsonaten, uitgevoerd door Cecilia Bernardini onder begeleiding van Richard Egarr.
Vanuit het sterfelijkheidsbesef heeft de mensheid zich steeds gewapend tegen de dood (of de angst daarvoor). Van de middeleeuwen tot de barok bracht het geloof soelaas in de vorm van het beloofde hiernamaals. De Verlichting nam haar toevlucht tot een objectieve wereld van orde en evenwicht. En in de romantiek kwam de liefde op de proppen als ultieme uitdager van de dood. Celliste Anna-Lena Perenthaler en pianiste Lauriane Follonier illusteren hoe deze filosofische evolutie doorklinkt in de muziek van Beethoven, Mendelssohn en Schumann.
Ijdelheid vs Vergankelijkheid
Meerdere projecten uit dit festivalprogramma confronteren de twee zijden van de vanitasmedaille expliciet met elkaar. Zo wenden John Butt en zijn Dunedin Consort zich tot Il Trionfo del Tempo e del Disinganno. In dit eerste oratorium van Händel vechten Tijd en Inzicht een allegorisch duel uit met Schoonheid en Plezier. Het ensemble Vox Luminis laat dan weer zien hoe muzikale schoonheid door de Contrareformatie werd ingezet voor morele doeleinden. Carissimi’s vroege oratorium Vanitas Vanitatum echoot (net als Sweelincks gelijknamige canon) de waarschuwing uit het Bijbelboek Prediker: jaag geen materiële goederen of wereldse ambities na, want alles is vluchtig en zelfs keizers vergaan tot stof.
Dat iedereen gelijk is in de dood, wordt aanschouwelijk gemaakt in de iconografische traditie van de danse macabre. Groteske geraamten nemen pausen en priesters, keizers en koningen, edellieden en eenvoudige stervelingen bij de hand voor een ultieme reidans.
Danse Macabre
De fascinerende iconografie van de danse macabre illustreert hoe de dood de levenden ophaalt voor een ultieme dans naar het graf. In 15de- en 16de-eeuwse houtsneden, schilderijen en fresco’s kreeg die metafoor van de dood als dans op diverse manieren gestalte. Nu eens zien we een reidans of stoet van geraamten en levenden; dan weer afzonderlijke dansparen van een skelet en een mens, vaak hand in hand en elk met hun eigen symbolische attributen. De dodendans houdt de mens een spiegel voor. Niemand ontkomt aan de dood, en de rijksten der aarde lopen voorop. Vorst of kanunnik, edelman of boer – in de dood is iedereen gelijk. De futiliteit van materiële rijkdom en wereldse onderscheidingen is een leidmotief van deze traditie in woord en beeld.
Afbeeldingen van de dodendans – met Holbeins houtsneden als bekendste voorbeeld – intrigeren door hun ambiguïteit: de dansende skeletten en verschrikt kijkende stervelingen ogen tegelijkertijd morbide en komisch, griezelig en grotesk. In de danse macabre staat de menselijke orde op zijn kop – en dat ontwrichtende effect wordt versterkt door de muziek. Het zijn vooral de doden die musiceren, en hun voorkeur lijkt uit te gaan naar luide instrumenten, zoals trompetten, schalmeien en percussie. Sommige van die instrumenten, zoals de fluit en de doedelzak, werden door de kerk met de hel en de duivel geassocieerd. Ook gebroken of vervormde instrumenten symboliseren de ‘anti-muziek’ die te horen (of beter: te zien) is in de dodendans.
MAfestival 2015 wijdt maar liefst zes avontuurlijke concerten aan de danse macabre. Zo staat de uitstap naar Lissewege volledig in het teken van deze groteske traditie. François Lazarevitch en Les Musiciens de Saint-Julien openen het bal met een programma rond het ‘duivelse’ instrumentarium van de dodendans. Sopraan Anne Magouët, jazzgitarist David Chevallier en luitist Bruno Helstroffer bouwen een akoestisch labyrint rond de melancholische songs van John Dowland. Skip Sempé en Capriccio Stravagante besluiten de dag met een wervelende selectie uit Praetorius’ Terpsichore en andere dansverzamelingen uit de renaissance. Het publiek kan genieten van een muzikale lunch in danse macabre-stijl en wordt verrast door thematisch straattheater.
Maar er is meer. In een nocturne roept klavecinist Jean Rondeau een muzikale wereld op waarin niets is wat het lijkt. Zo speelt hij Brahms’ pianotranscriptie van Bachs legendarische Chaconne voor viool… op klavecimbel. Ook pianiste Natacha Kudritskaya evoceert een dodendans op het klavier: zij waagt zich aan Ravels Gaspard de la Nuit, waarvan het derde deel een kobold portretteert die pirouettes draait in het maanlicht. Het Edding Quartet, ten slotte, vertolkt Schuberts strijkkwartet ‘Der Tod und das Mädchen’ en focust zo op een van de beroemdste episodes uit de dodendans.
Praktische info :
MAfestival
Van vrijdag 31 juli t.e.m. zondag 9 augustus 2015
Op verschillende locaties in Brugge en omstreken
Het volledige programma en alle verdere info vind je op mafestival.be